maandag 13 oktober 2008

Brussel (2)


Kent u die, van die ambtenaar die al 22 jaar hetzelfde werk deed en toen ein-de-lijk eens naar Brussel mocht (zie http://harrievangeffen.blogspot.com/2008/09/brussel.html)? Inderdaad, die ging niet.

Woensdag om 8.45 uur scherp was het vertrek gepland. Met twee bussen nog wel. Harrie zag de bussen nog staan, toen hij om 8.30 uur weer terug naar huis reed. Zwart waren ze en zo te zien van Munckhof.

Harrie was écht van plan mee te gaan. 's Ochtends om 7.00 uur opgestaan en toen dacht ie dat het wel ging, na 'de avond ervoor'. Die avond stond les 4 van de cursus Bedrijfsjournalistiek op het programma. Harrie heeft die avond volbracht, al voelde hij aan het begin al een hoofdpijn op komen zetten waarvan hij wist dat die de avond tot een zware zou maken.

En inderdaad werd de hoofdpijn gaandeweg bijna ondraaglijk. Twee aspirientjes in de pauze hielpen niet en toen was het wachten op de bijbehorende misselijkheid. Die begon een kwartier voor tijd op te komen. Gelukkig hield de les 10 minuten eerder op dan was gepland. Harrie had daardoor nog wat hoop om het thuishonk zonder kleerscheuren te halen.

Dat lukte niet. Wel lukte het om het eerste tankstation aan de A58 te halen en om dáár te kotsen. Vol goede moed reed ie weer verder, maar hij voelde golf 2 opkomen. Die wilde hij achterlaten bij het volgende tankstation.

Ook dát station haalde hij zonder de auto te bevuilen. Maar even kotsen was daar niet zo eenvoudig. Allerlei mannen liepen schichtig op en rond de parkeerplaats rond. Ondanks zijn toestand was Harrie duidelijk dat hij op een HOP was aangeland. Daar is de kans natuurlijk groot dat je netto gezien niets kwijtraakt. Als Harrie kotst, bukt ie zich altijd als vanzelf een beetje. Daar weten die parkeerplaatshomo's natuurlijk wel raad mee. Krijg je van achteren weer net zoveel binnen als er van voren uitgaat!

Na een tijdje liepen de mannen toch weg en kon Harrie toch nog zijn gang gaan. Maar hij werd eigenlijk alleen maar beroerder. Daarom belde ie Dinie en zei dat het wat later werd. Hij deed de stoelleuning naar beneden, de autodeuren op slot en toen is ie een kwartiertje gaan liggen.

Na dat kwartier dacht ie het wel te redden tot thuis. Nog 20 kilometer, kwartiertje rijden. Maar na 2 kilometer voelde ie dat het grote werk zich nu pas aandiende. Helaas was stoppen nu onmogelijk. Hij reed precies op de kruising van de A58 en de A2, waar hevig wordt verbouwd. Het is er momenteel erg onoverzichtelijk en een vluchtstrook is er niet meer. Alleen maar rood-wit reflecterende paaltjes. Omdat er iemand vlak achter Harrie reed, kon ie eigenlijk niet afremmen om toch tussen die palen te stoppen.

Harrie zag zijn rugzak als enige redmiddel. Zijn rugzak, waar ie zo aan gehecht was. Hij had hem inmiddels al 15 jaar en Dinie vond hem lelijk, maar hij herinnerde nog aan een bepaalde levensperiode.

Helaas had Harrie weinig tijd om na te denken. Het was de auto of de tas. Het werd de laatste. Harrie gooide snel alle spullen eruit en kon hem toen met 120 km/uur volkotsen.

Daarna bereikte hij zonder verder onheil zijn huis. Dinie was lief voor hem. Ze deed zijn kleren (die hij blijkbaar toch niet droog had kunnen houden) aan en deed ze in de was. Naast het bed had ze nog een emmertje bed gezet. Harrie pakte nog wat pijnstillers en ging slapen.

's Ochtends vroeg dacht ie dus nog dat het wel ging en is ie naar Den Bosch gereden. Toen ie daar een kwartiertje had rondgelopen is ie alsnog omgedraaid. Heeft ie de bussen in elk geval toch nog gezien.

Geen opmerkingen: