maandag 6 oktober 2008
Uiterlijk
Harrie zit weer op school. Een paar maanden lang elke dinsdagavond een cursus Bedrijfsjournalistiek te volgen.
De eerste keer dat hij de hogeschool binnenkwam viel hem vooral de lucht op. Het rook er precies hetzelfde als in de gymzaal waar zijn zoontjes gymmen. Hij kon zich moeilijk voorstellen dat die lucht van de meisjes kwam die hij zag lopen. Allemaal strak en top en helemaal van deze tijd. In een half uur Bedrijfsjournalistiek zag Harrie meer mooie vrouwen dan in 6 jaar Scheikunde.
Harrie had snel door dat er meer verschillen zijn tussen de journalistiek en de chemie. Chemici zijn serieus en praten vooral over chemie. Ze hebben een stoffig uiterlijk en gaan gehuld in gedateerde kleding. Wat dat laatste betreft kon de docent journalistiek zó de chemie in, met zijn afgesleten ribbroek en strakke, gifgroene wollen truitje.
Maar na 30 seconden vertellen had Harrie al door dat dit geen chemicus was. De man bleek in een oude kerk te wonen. Die had ie -samen met zijn Griekse vrouw- ooit van de gemeente gekocht. In een deel van de kerk woonde het stel nu zelf en een deel kon voor huwelijke worden afgehuurd.
Ook de volgende docent die Harrie kreeg was duidelijk geen chemicus. Ook hij sprak gewoon Nederlands in volzinnen en maakte zelfs af en toe een grap. Deze man vloerde Harrie trouwens binnen 5 minuten na binnenkomst aan het denken, toen hij vertelde dat zijn les zou gaan over vormgeving en opmerkte dat vormgeving tegenwoordig belangrijker is dan tekst.
Toen Harrie deze woorden volledig had laten bezinken, overwoog hij om zijn boeltje maar weer in te pakken. Tuurlijk, hij stelde regelmatig vast dat het in de wereld alleen om uiterlijk vertoon draait en dat de inhoud er niet toe doet. Maar dat was in de wereld waar hij al jarenlang in rondliep en waar hij uit wilde! Dat was de observatie van een getraumatiseerde en verdwaalde chemicus, die op zoek naar de juiste weg hier terecht was gekomen, in de verwachting dat hij hier en nu zou gaan horen dat het in wereld soms wél om inhoud gaat! En dan dit!
Een paar dagen later bleek dat de Verenigde Staten zo ongeveer failliet zijn. Ook in Nederland daalden de beurskoersen als een broek zonder knopen. Harrie probeerde de oorzaken ervan uit de diarree aan berichten te vissen, maar kwam er niet helemaal uit. Dat hij maar 1 jaar economie heeft gehad en dat jaar voor de helft niet binnen mocht komen is daarbij natuurlijk een handicap.
Als Harrie het goed begrijpt hebben banken allerlei producten verkocht, die zó virtueel en ingewikkeld waren, dat de banken zelf niet eens meer snapten wat ze eigenlijk verkochten. Bovendien werden die producten verkocht aan mensen die eigenlijk geen geld hadden. En nu was er dus blijkbaar iets fout gegaan en moesten allerlei mensen geld gaan terugbetalen dat ze niet hadden.
Harrie heeft het allemaal eens overdacht en begint het nu wel zo'n beetje te snappen. Chemie, economie, journalistiek: het is eigenlijk allemaal één pot nat. Het gaat alleen om het uiterlijk vertoon, niet om een solide inhoud. Zo kunnen journalisten blaadjes met mooie plaatjes maken, waarin ze de waardeloze zooi verkopen die chemici of banken bedenken. De mensen kopen het vervolgens wel, want het ziet er mooi uit. En wie wil er nou niet op de pof in een veel te groot huis wonen of in een te dure auto rijden?
Waar Harrie wél een beetje verdrietig van wordt, is van het feit dat híj nu moet meebetalen om de rommel op te ruimen. De Nederlandse staat heeft zich namelijk verplicht gevoeld om de bank te kopen die in het zwaarste vaarwater zat. Mogen we dus met z'n allen een paar euro betalen van de woekerbonussen die allerlei incompetente randfiguren hebben opgestreken.
Harrie hoopt dat er ooit weer eens een tijd komt waarin het uiterlijk vertoon gewoon weer ondergeschikt is aan de de inhoud.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten