vrijdag 26 december 2008

Enveloppe


Harrie's vader Jan woonde in de jaren 80 in Eindhoven. Daar had ie een grote boekenkast. In die kast stond een enveloppe met Harrie's naam erop. Harrie vermoedde dat in die enveloppe een brief zou zitten, waarin stond wat Harrie moest doen als Jan ooit dood zou gaan.

Jan begon nooit over die brief, zodat Harrie het hem maar eens ooit heeft gevraagd. En toen bleek inderdaad dat Jan had beslist dat Harrie ooit de afhandeling van zijn nalatenschap zou moeten verzorgen. En in die enveloppe zat inderdaad een brief, door Jan geschreven. Harrie zou er precies in kunnen lezen wat ie na Jan's dood moest doen.

Eind jaren 80 besloot Jan naar Amsterdam te verhuizen. Het appartement dat ie daar kreeg was veel kleiner dan zijn Eindhovense huis en de boekenkast moest worden gehalveerd. Harrie kan zich niet herinneren dat ie de brief daar nog ooit heeft zien staan.

Vorig jaar verhuisde Jan wéér. Zijn Amsterdamse huis in Oost werd gerenoveerd en hij móest verkassen. Nu kwam hij terecht in een splinternieuw appartement in Oud-Zuid, vlakbij de Albert Cuyp. Een prachtplek voor iemand die van de Amsterdamse dynamiek houdt.

Harrie heeft Jan maar één keer levend gezien in zijn laatste woning. Wat opviel was dat hij er in een paar maanden tijd in was geslaagd om het splinternieuwe appartement eruit te laten zien als een afgeleefde kiet. En dat terwijl de meeste van zijn spullen nog niet eens waren uitgepakt. Ook zijn boeken niet. Die zaten allemaal nog in dozen, waar één slaapkamer volledig mee was gevuld.

De ochtend na Jan's overlijden was Harrie voor de tweede keer in Jan's laatste huis. Zo te zien was er na Harrie's eerste bezoek nog geen doos uitgepakt. De boekenkast was in elk geval nog niet opgezet en de boeken niet uitgepakt. Harrie kon de bewuste enveloppe dus ook nu niet zomaar even pakken.

Gelukkig had Jan vlak voor zijn dood met een uitvaartverzorgster gesproken, die keurig had genoteerd hoe Jan zich zijn uitvaart had voorgesteld. Daardoor hoefde Harrie niet direct als een gek naar de enveloppe te gaan zoeken. Voor het regelen van de eerste noodzakelijke dingen was dat in elk geval niet nodig.

Toch wil Harrie de enveloppe graag terugvinden tussen Jan's spullen. Misschien heeft Jan er wel heel gedetailleerde wensen over de afhandeling van zijn nalatenschap in beschreven. Of misschien biecht ie er wel in op dat Harrie nog ergens halfbroers of -zussen heeft lopen. Net als Prins Bernhard. Harrie heeft nog een maand de tijd om te zoeken.

donderdag 18 december 2008

In memoriJan

Harrie is sinds 12 december 2008, 22.20 uur wees. Op dat moment overleed zijn vader Jan.

Jan wilde geen poespas rondom zijn crematie. Verzekeraars vond hij oplichters en hij wilde niet dat iemand een cent teveel aan hem verdiende. Toch voelde hij zijn einde blijkbaar wél naderen. In zijn laatste weken had hij namelijk toch een aantal uitvaartverzorgers op de koffie gevraagd.

Daaronder was Merel Westermann, een vrouw. Jan had een hekel aan mannen en vond dat vrouwen alles beter kunnen. Daarin leken Jan en Harrie overigens niet op elkaar. Harrie en zijn zusjes hebben Merel als begeleidster ingeschakeld. Aan haar had zijn vader vrij precies verteld wat er na zijn dood moest gebeuren.

Jan wilde worden opgebaard in zijn eigen huis in Amsterdam. Daarna moest ie in de kist worden gelegd die hij zelf had getimmerd. Met die kist heeft ie destijds de rubriek "De Klus" in het Parool gehaald. En door dat bericht mocht ie zelfs zijn televisiedebuut maken in "Man bijt hond". Dat filmpje zal Harrie nog wel een keer met u delen.

De gevulde kist moest vervolgens in de auto van één van zijn kinderen naar crematorium "De Nieuwe Ooster" worden gereden. Van het geld dat werd uitgespaard moesten Jan's kinderen een feest geven.

En zo is het ook gegaan. Harries oudste zus en zijn zwagers Jozef en Rambo hebben Merel geholpen Jan in zijn zelfbouwkist te leggen. Harrie durfde dat niet. Merel zou trouwens een vrouw naar Jan's hart zijn geweest. Ze zou zó in één van Jan's vriendinnengroepen hebben gepast.

Vervolgens is de kist op een rijdend ding gezet en met de lift naar beneden gebracht. Daar stond Harries Mondeo klaar, met de stoelen plat en de klep open. De kist is in de auto geschoven, de stoelen zijn nog wat meer naar voren gezet en toen kon de klep gewoon dicht!

Dat was trouwens een beetje jammer. Harrie had gehoopt dat de kist nét niet zou passen en de klep met een sjorband open had moeten blijven. Jan zou het prachtig hebben gevonden als de politie hem nog postuum een bekeuring zou bezorgen!

Voor onderweg had Harrie de cd "The essential Jimmy Rushing" in de cd-speler gedaan. Een kopie van die cd heeft Harrie ook in de kist laten leggen, naast bloemen, foto's, een zelfgemaakt hondje, etc.

Zo heeft Jan zijn laatste meters op aarde dus in de achterbak van Harries auto afgelegd. Liggend, tussen de aandenkens van zijn kinderen en kleinkinderen, met goeie muziek op de achtergrond. Harrie stuurde, zijn jongste zusje Jannie zat ernaast. Jammer dat het koud en mistig was. Maar misschien hoorde dat er juist bij.

Op de laatste kruising vóór het crematorium kwam Harrie nog wel politie tegen. Die gunde Harries auto geen blik waardig.

Vanaf de ingang van het terrein van De Nieuwe Ooster heeft Merel voor Harries auto gelopen. "Dat is toch mooi nog een beetje statig", zei ze. Zo heeft ze de auto naar de achterzijde van het crematorium begeleid. Daar staan twee ovens. Harrie parkeerde zijn auto met de achterkant naar de ovenruimte.

Vervolgens is de kist uit de auto gehaald en op weer een ander rijdend ding gezet. Het rijdend ding met kist is naar de ovens geduwd. Harries zusjes, zijn jongste zoontje Ricardo en Harrie zelf mochten mee de ovenruimte in.

Daar heeft de 'stoker' het rijdend geval omhoog geschroefd, tot de bodem van de kist en de bodem van de oven op gelijke hoogte waren. Harries kinderen hebben de kist met z'n allen de oven ingeduwd. Jannie mocht op de knop "Cremeren" drukken.

Na een paar minuten mochten de aanwezigen door een kijkglaasje in de oven kijken. Heel even was nog wat krullend hout in de vlammen te zien, maar al snel waren alleen nog vlammen zichtbaar.

donderdag 4 december 2008

Oeuvre


Harrie vermoedde al dat er iets niet klopte en dus heeft ie even in de digitale Van Dale gekeken. En hij had gelijk, want dit staat er:
Oeu·vre [u:vre] het; o -s het gezamenlijke werk ve kunstenaar.

En nou kun je natuurlijk veel over Mart Smeets zeggen, maar een kunstenaar? Een lulijzer is het. Een zelfingenomen kwallebak, die zichzelf liever hoort praten dan degene die hij interviewt. Iemand die vreselijk lelijke truien draagt, ook! En schrijver van matige boekjes. Maar een kunstenaar?

Toch heeft Mart gisteren een prijs gekregen voor zijn hele oeuvre. Belangrijker dan de vraag of er bij Mart Smeets van een 'oeuvre' kan worden gesproken, is de vraag waarom iemand in Gods naam heeft bedacht om iemand als Mart een prijs te geven. Iemand die iets buitengewoons doet mag van Harrie een prijs hebben. Maar moet je iemand die vragen aan een ander stelt, maar ze zelf beantwoordt óók prijzen?

Het doet Harrie een beetje aan zijn werk in de ambtenarij denken. Daar is het niet ongebruikelijk om iemand die in het bedrijfsleven zou worden ontslagen een bonus te geven. Wegpromoveren heet dat. Maar Mart is geen ambtenaar. Hij werkt weliswaar bij de NOS en die worden van belastinggeld betaald, maar NOS-mensen zijn géén ambtenaren. Harrie heeft het opgezocht en vond het antwoord in het eerste nummer van 2008 van het tijdschrift Bestuurswetenschappen. Daar staat het:
"degenen die in dienst zijn van de NOS zijn werknemers in burgerlijk rechterlijke zin."

Die prijs is dus een grote fout. Mensen die je zou moeten ontslaan, moet je zéker niet met een prijs aanmoedigen om te blijven.

Eén voordeel is er wel aan Mart: je kunt er leuke grappen over maken. Freek de Jonge deed dat in zijn programma De estafette. Het interview dat Freek Mart laat afnemen met Hilbert van der Duim wil Harrie u niet onthouden.

maandag 1 december 2008

Discjockey



Dag jonge lezers van Harrie's weblog! Jullie snapten natuurlijk niks van de zeurbeurt van gisteren he? Harrie bedacht zich pas veel te laat dat hij termen uit de oudheid gebruikte. Daarom zal Harrie vandaag speciaal voor jullie even uitleggen wat een discjockey is.

Toen Harrie nog jong was, hadden mensen geen computers. Om zich toch te kunnen vermaken gingen ze vaak bij elkaar op bezoek. Een soort MSN, maar dan zonder internet.

Soms bleven de mensen ook gewoon thuis. Dan deden ze vaak een spelletje. Nee, geen World Of Warcraft, maar Monopoly. De Kalverstraat kostte toen 20.000 gulden.

En als ze het dan helemaal niet meer wisten, keken de mensen televisie of luisterden ze naar de radio. Op de radio draaiden ze muziek. Die muziek was vastgelegd op een single. "Hoe kun je nou muziek op een single zetten?", hoort Harrie jullie denken! Nou, dat is simpel te verklaren hoor! Maar wat jullie een single noemen, heette namelijk vroeger een vrijgezel!

Voor ons was een single een rond schijfje van zwart kunststof met een diameter van 7 inches. Aan elke kant van die single stond muziek. Die was er met een scherp voorwerp ingekrast. In een muziekfabriek zetten ze dat scherpe ding aan de buitenkant van het kunststof schijfje en dan lieten ze dat ding trillen op de maat van de muziek. Het scherpe ding maakte zo één lang sneetje in het kunststof en bewoog daarbij langzaam naar de binnenkant van de schijf. Dat sneetje heet een groef.

Een single stond meestal ook op een lp. LP is de afko van langspeelplaat. Dat was óók een schijf van kunststof, maar dan met een diameter van 12 inches. Op een lp stonden meestal 5 of 6 nummers (liedjes) per kant.

Nou waren er in die tijd dus nog geen computers, laat staan internet. Maar de muziekfabrieken wilden natuurlijk wél geld verdienen (wat dat betreft is er niks veranderd hoor!). Downloaden kon toen niet, dus als je muziek wilde hebben, moest je die kopen. Net zoals met je beltegoed. Het was dus belangrijk dat mensen wisten dat een artiest een nieuwe lp had gemaakt.

Daar werd de single bedacht. Dat was het nummer van een lp waarvan de mensen van de muziekfabrieken dachten dat ze daar het meeste geld mee konden verdienen. Meestal niet zo'n goed nummer dus, of in elk geval vooral bedoeld voor mensen met een gemiddelde smaak. Dat nummer moest dan populair worden gemaakt. En dáár werden de discjockeys voor gebruikt.

Discjockeys waren mensen die bij de radio werkten en die de hele dag plaatjes draaiden. Dat deden ze met een draaitafel. De meeste mensen noemde dat een piekup, hoewel je het schreef als pick-up. Nee, niet zo'n ding met van die grote wielen erboven! Meer zoiets:


Bij de radio had je trouwens twee soorten discjockeys. Er waren er die de singles draaiden die ze van de muziekfabrieken kregen. Dat waren meestal de discjockeys die meer voor het geld dan voor de muziek werkten. Net zo iemand als jullie Giel Beelen! Die discjockeys kregen vaak extra geld van een platenfabriek als ze een bepaalde single extra draaiden. Die discjockeys praatten ook altijd door het instrumentale begin van een plaat heen, tot ze begonnen te zingen. Gewoon, omdat ze zichzelf belangrijker vonden dan de muziek.

Harrie wilde een discjockey van de échte soort zijn. Niet door platen heen praten dus. En vooral zélf de nummers van een lp kiezen die mooi genoeg waren om te draaien. Meestal geen singles dus.

Nou zullen jullie misschien zeggen: "dan wilde je dus eigenlijk gewoon Tiësto zijn of Giel?". Als je dat inderdaad denkt, heb je het niet zo goed begrepen. Mensen als Tiësto zijn dj's. Die proberen een brei te maken van allerlei muziek, een eenheidsworst. Dat was nou net niet wat Harrie graag wilde.

En mensen als Giel? Discjockey's zou Harrie ze niet willen noemen en dj's óók niet. Beide beroepsgroepen hebben immers toch gemeen dat ze vooral platen draaien en dat doen jullie radiohelden niet. Die zitten er vooral om zichzelf te horen praten en ze hopen dat anderen om hen lachen. Cabaretiers zou je dan kunnen denken, maar dat zijn ze natuurlijk óók niet. Om cabaretiers kun je immers meestal wél lachen.