donderdag 28 augustus 2008

Verandert Frankrijk? 6: Verkeer


Harrie had ooit een Frans vriendinnetje met een Peugeot 106. Het kind (laten we haar voor het gemak Sylvie noemen) was nauwelijks groter dan vijf en een halve voet en reed auto alsof ze levensmoe was (wat overigens inderdaad af en toe het geval was, maar er in het kader van deze serie niet echt toe doet).

Sylvie mocht in haar vrije tijd graag zo hard mogelijk over het Franse platteland scheuren. Op die tochtjes nam ze bij voorkeur haar vriendin Annick mee, die dan op haar knieën op de passagiersstoel naast Sylvie ging zitten. Terwijl Sylvie de Peugeot dan plankgas zo dicht mogelijk langs de berm stuurde, probeerde Annick zo ver mogelijk uit het geopende raam te reiken en de bloemen uit de berm te plukken.

Harrie was in die tijd nog niet zo'n verkeersheld. Geluk bij een ongeluk was dat hij altijd achterin moest zitten, maar prettige herineringen aan die tochtjes heeft hij niet. Het meeste angstzweet brak hem uit tijdens het ritje waarbij Sylvie met volle snelheid twee fietsers van achteren leek te gaan scheppen, omdat uitwijken naar links wegens de tegenligger onmogelijk leek. Maar dat 'leek' had Harrie dus verkeerd ingeschat.

Sylvie was destijds qua verkeersgedrag een gemiddelde Fransman. Ze reed niet alleen net als alle Fransen hard, ze reed in een Franse auto en ze reed in een GTI-model uit de serie. Fransen in een niet-Franse auto of in een basismodel Franse auto waren geen echte Fransen.

In de loop der jaren is Harries angst in het verkeer behoorlijk verdwenen. En vooral in het Franse verkeer is hij zich als een vis in het water gaan voelen. Hij merkte namelijk dat Fransen weliswaar hard reden en vreemde inhaalmanouvres maakten, maar dat ze tegelijkertijd uitermate hoffelijk en voorspelbaar zijn in het verkeer.

In de wetenschap dat hij deze beschouwende serie over de Fransen zou gaan maken, lette Harrie deze zomer nog eens extra goed op op het Franse verkeer. En toen had ie toch nog vrij snel gezien dat het moderne Franse verkeer niets meer met het oude Franse verkeer van doen heeft.

Goed, het harde rijden is gebleven. Maar dat doet in Nederland inmiddels ook iedereen, dus dat valt eigenlijk niet meer op. Verder is het precentage Fransen dat in een Franse auto rijdt zo'n beetje gehalveerd. Je ziet ze natuurlijk nog wel, Peugeots, Citroens en Renaults, maar heel veel Fransen rijden voortaan in een BMW. Of in een Audi.

En met de keuze voor laatstgenoemd merk is eigenlijk al wel duidelijk waar het met het Franse verkeer naartoe gaat. Audi-rijders zijn immers bijna altijd miezerige zakenmannetjes die zich belangrijk voelen en altijd haast hebben, omdat ze anders van hun baas op hun lazer krijgen. Uit angst daarvoor rijden ze als idioten over de weg en laten daarbij duidelijk merken dat ze te stom zijn om verkeersregels te leren.

Nu rijdt dus zo'n beetje half Frankrijk in een Audi of een daarmee vergelijkbare auto. De andere helft heeft nog wél de ouderwetse Franse verkeersmanieren. En dat levert een heel bijzonder plaatje op op de snelweg. De oude garde rijdt namelijk nog steeds -net als vroeger- met een permanent aan de linkerkant knipperende clignoteur rond. Maar de nieuwe lichting (met de Audi-rijders als voorbeeld) gebruikt de clignoteur juist helemaal nooit. Waarom zou je immers rekening houden met medeweggebruikers?

Voor de ongeoefende Frankrijkrijder is het waarschijnlijk wat lastig, dit zo haaks op elkaar staande clignoteurgebruik. Voor de geroutineerden onder ons maakt het van het moderne Franse verkeer een spel op leven en dood.

Twee conclusies mogen echter zeker worden getrokken. Allereerst: het Franse verkeer is danig veranderd. En ten tweede: ook op verkeersgebied lijkt de mondialisering te hebben toegeslagen, waarbij de Audi-rijders een bedenkelijke voortrekkersrol vervullen.

Geen opmerkingen: